Ineens ben je geen gewoon persoon meer, maar een patiënt …

Je voelt je gezond en ineens word je ziek. Je hebt geen griepje of wat tijdelijk ongemak. Neen, je hebt de indruk dat je iets hebt dat ernstiger is. Of je voelt dat zelfs met zekerheid. 

Je gaat naar de huisarts en je heet voortaan “een patiënt”. Wat verandert er allemaal als je van een persoon een patiënt wordt? Hoe voelt het om patiënt te zijn? Sta je nu anders tegenover de geneeskunde en artsen in het algemeen dan vóór je gezondheidsprobleem? Is je houding tegenover je huisarts en artsen in het algemeen veranderd en hoe belangrijk is zijn-haar/hun rol. Kan je je relatie met je huisarts omschrijven?

Doctoraatsstudent Edgard Eeckman (Communicatiewetenschappen aan de Vrije Universiteit Brussel) voert een wetenschappelijk onderzoek uit dat nog loopt tot eind 2015. Deze blog is een onderdeel van zijn onderzoek.
Help hem door jouw mening te geven over hoe het voelt om ineens patiënt te worden. Geef over deze vragen je mening op deze blog. Je naam vermelden mag, maar hoeft niet, en ook je emailadres vermelden is geen verplichting. Je kan dus als je wil helemaal anoniem reageren. Geef wel een korte beschijving van jezelf (wat je kwijt wil, zoals geslacht, leeftijd, woonplaats en de aard van het gezondheidsprobleem).
Je helpt het onderzoek uiteraard ook als je het adres van deze blog doorgeeft aan anderen en hen oproept om ook te reageren.

Help dit universitair onderzoek en geef je mening. Er zijn geen goede of slechte antwoorden, alle meningen zijn even waardevol. Klik onderaan op Reacties. Je leest dan de ervaringen & meningen van anderen en je kan er jouw reactie aan toevoegen.

Zeer hartelijk dank alvast.
Edgard Eeckman

Over Edgard Eeckman

Edgard werkt aan een doctoraat communicatiewetenschappen aan de Vrije Universiteit Brussel. Meer details onder de rubriek Over het onderzoek.
Dit bericht werd geplaatst in Geen categorie en getagged met , , . Maak dit favoriet permalink.

10 reacties op Ineens ben je geen gewoon persoon meer, maar een patiënt …

  1. Rik Gyles zegt:

    Dag Edgard,
    Mijn ervaring als patiënt is nogal divers. Als knaap lag ik zeven weken in het hospitaal.
    Hoewel erg ziek (dubbele longontsteking) was dat verder geen nare ervaring. Ik had toen een geweldige huisarts die ook een zaal “deed” in het ziekenhuis. Ik lag op een kamer. De arts kwam regelmatig binnenlopen om me te vertellen wat er ging gebeuren of waarom niet. Geen kinderpraat. Gewoon dokter/patient gesprek. Verder had ik vaste verpleegsters die al vlug bekenden werden. Het schoonmaakpersoneel was ook een vast ploegje, rustig met nu en dan een grapje. Als ik sliep liet iedereen mij slapen, eten of mijn pillen die kreeg ik dan later wel. Ik voelde mij veilig en thuis in mijn ziekenhuiskamer. Alleen het bezoek werd nu en dan als storend ervaren. We spreken nu over 1955. Geen TV of Radio op de kamer. Het Rode Kruis kwam regelmatig met boeken langs. De rest was rust en beter worden. Ik ben al die mensen nog heel dankbaar dat ze me de rust en de ruimte gaven om beter te worden.
    O ja, en ook niet om de haverklap een andere dokter aan mijn bed.
    Toen ik naar Brussel verhuisde vond ik een “moderne”vlotte huisarts. Op aanbeveling. Een iets te geweldige man. Met een vlotte pen en een ruime stapel papiertjes om recepten op te schrijven. Hij hield van een stevige aanpak. Als er iets nieuws op de farmaceutische markt kwam had je het direct op je nachtkastje liggen.
    Gelukkig had ik in die tijd niet veel gezondheidsproblemen. Hij dacht iets teveel met de patient mee. Drukke baan, weinig rust, dan geef ik iets waarmee je een tijd kan doorwerken. Hartkloppingen? Geen zorgen. Alleen als je hart niet klopt moet je je zorgen maken. Een leuke man, maar hij is niet oud geworden.
    Terug in Antwerpen een nieuwe huisarts. Altijd vervelend om weer je geneeskundig verleden uit te moeten leggen, vooral omdat de aanvullende vragen van de dokter vaak gesteld worden in termen die niet zo duidelijk zijn voor de patient. Heeft u ook een homorale-decontersie-placeptomie gehad? Dat zou ik niet weten, dokter.
    Maar verder gelukkig geen problemen. Een goede, degelijke huisarts. Goede diagnose steller, goed bereikbaar, aimabele sociaal begaafde man.
    Het grote verschil kwam toen ik naar Nederland verhuisde. Een totaal andere medische wereld. Opeens ben je niet alleen ziek, maar loop je ook verloren in een totaal onbekend systeem. Dat is zeer erg, het gaat immers om je gezondheid. Het voelt als bedreigend. Alles blijkt anders te moeten terwijl je zelf toch zeker weet dat je dezelfde persoon bent. Een huisarts is een dokter die in dienst is van de ziekenfondsen. Bij een arts zo maar aanbellen kan niet. Je moet je laten inschrijven bij een arts die een contract heeft met het ziekenfonds waar je bij aangesloten bent.
    De apotheek idem dito. De dokter heeft, in afspraak met het ziekenfonds, 10 minuten per patient. Het contact is opeens veel zakelijker. Dat geeft allemaal een vervelende cultuur-schok. De dokter komt niet zomaar aan huis. Heb je redelijk wat koorts dan mag je een bezoek verwachten, anders moet je zelf naar de dokter. De apotheker beslist over je medicijnen. Eerst krijg je 10 pilletjes mee uit een doosje van dertig. Daarna misschien de rest. Efficiëntie, kostenbesparend. Toch rijzen in Nederland de kosten ook de pan uit en ik heb nu niet de indruk dat alles zo veel vlotter verloopt dan in België. Vaak wel afstandelijker. De weg naar de dokter is ook langer. De dokterspraktijken (vaak 2 of 3 dokters die samenwerken) hebben verpleegkundigen in dienst en assistentes. Je moet met je verhaal een paar keer voorbij die hindernissen zien te komen. Afspraken gaan volgens de agenda, langslopen is er niet meer bij.
    De huisarts maakt deel uit van een gezondheidsbedrijf.
    Wat afwijkt van dat wat je gewoon bent werkt steeds zeer bedreigend als je ziek bent.
    Zaken die je niet begrijpt (te weinig uitleg, te moeilijk taalgebruik, onduidelijk systeem) maken argwanend en werken remmend op de hulpvraag.
    Het ziekenhuissysteem is in Nederland helemaal onpersoonlijk geworden. Dat komt naar mijn gevoel omdat ook hier de ziekenfondsen de aanpak bepalen. Een administratief georienteerd verzekeringsbedrijf voor wie de patient een verzekeringspolis is. Je krijgt niet wat je nodig hebt, je krijgt waar je voor verzekerd bent. De geneeskundige zorg is zeker niet minder, maar onpersoonlijker, vaak onaangenaam, je hebt vaak het gevoel dat je afhankelijk bent van een administratieve medewerker ergens in een kantoor en zijn of haar goedkeuring voor je een behandeling krijgt. En vaak is dat ook zo. Deze onpersoonlijke houding vindt je ook terug bij het ondersteunend personeel. Schoonmakers maken schoon volgens contract.
    Vuil op de kast? Op de kast maken we niet schoon, dat staat niet in het contract. Tussentijds schoonmaken omdat er iets is gevallen kan niet. Eten (vak catering) is er op vaste uren. De slaper heeft pech of honger. De verpleging (kundig personeel, zeker) wisselt regelmatig. De gesprekken die je opvangt (verplegers of schoonmakers) gaan vaak letterlijk in een taal die je niet begrijpt. Dat voelt alweer als bedreigend. Waar hebben die Turkse of Surinaamse mensen het over die grapjes maken terwijl ze de bedden verschonen of komen temperaturen. Er is geen rust meer in het systeem. De weldoende rust die mij als zieke knaap zo goed heeft geholpen om te genezen.
    Toen werd ik ziek in Italië. Een herseninfarct. Spoedopname. Wat te verwachten was : de grootst mogelijke chaos. Maar dan toch weer zeer efficient. Een hospitaal wat hier al lang als opslagplaats gebruikt zou worden. Waar de schilder alleen als patient was langs geweest. Nergens knusse hoekjes, nergens uitgekiende wachtruimtes. Vrij kale kamers. Maar gevuld met een heerlijke menselijke warmte. Een ploeg vaste verplegers die elkaar soms in de weg liepen, zoveel waren er. Maar ze wisten allemaal wat er aan de hand was en wat ze moesten doen. De dossiers werden nog met de pen ingevuld, maar ze waren volledig. Als DE dokter op de afdeling verscheen werd al het andere werk onderbroken. De hele afdeling stond ten dienste van de dokter die met zijn medewerkers de patiënten langs ging. Een man met gezag die ook vertrouwen uitstraalde. Die zijn best deed, net als al het andere personeel, om de vreemdeling te verstaan en om de zaken begrijpelijk uit te leggen. Ze hadden zelfs handig schriftje waarin de voor hun afdeling belangrijke zaken genoteerd stonden in het Engels zodat ze toch vrij goed konden communiceren. Te midden van de chaos een uitstekende en moderne aanpak. De hele behandeling volgens de laatste geldende regels. Kernervaring hier : warm, menselijk. Ook al was het eten zeer slecht (daar is wat aan te doen, je bezoek kan wat meebrengen) en elke vorm van luxe afwezig, het geheel was geen nare ervaring. Als een dokter/neuroloog op zondagavond om 8u30 nog langs komt met een assistent om een test over te doen omdat ze niet zeker was van de resultaten en ze de volgende dag die wel in de bespreking zouden meenemen, dan geeft zoiets een goed gevoel. Dan weet je dat regeltjes niet op de eerste plaats komen, maar wel het belang van de patient. Dan neem je graag de tekortkoming van de omgeving erbij. Liever gezond worden in een schrale omgeving dan overlijden te midden van luxe zou ik durven stellen.
    Conclusie (eindelijk). De medische wetenschap is er zeer sterk op vooruitgegaan, maar dat gaat te vaak ten koste van de individuele patient. De patient is een onderdeel geworden van het “gezondheidsproces” en niet meer dat gene waar het om gaat.
    Meer zorg om de communicatie, meer zorg om het gevoel van veiligheid, van geborgenheid, meer aandacht voor de kwetsbaarheid van de persoon, meer begrip en respect van het ondersteunend personeel voor de afhankelijke positie van de patient.
    Minder het formulier, meer de persoon.

    Rik Gyles

  2. Marie-Luce Eeckman zegt:

    Ik ben verleden jaar ook een patiënte geworden.
    Ik zo’n vertrouwen in de “gezonde” reakties van mijn lichaam dat ik in de tijd gewoon niet kon beseffen dat er iets kon gebeuren.
    Een vreemde sensatie, gelijk “vlinders” in mijn buik… Ben ik eindelijk naar een gynecoloog gegaan. Om het even wie, want ik had al lang geen “eigen” gynecoloog. Het vrouwtje was brutaal. Het onderzoek was pijnlijk, echt, en ik heb onder mijn botten gekregen omdt ik hey zei ! Toen ze mij daarna opbelde (ik was in mijn bibliotheek aan’t werken) behandelde ze mij ook brutaal. “Mevrouw Eeckman ? Ik heb de resultaten van uw .. (hoe zegt men “prélèvements ? in het Nederlands ?) … ze zijn heel slecht. Hebt U er een bezwaar tegen dat er te Brugmann wordt ingegrepen ?” Ik had wel bezwaren, ja. En ik was erg geschrokken en geschokt.
    Heb haar dus gevraagd naar mijn huisarts te bellen. Heb de man dezelfde dag nog gezien. Hij heeft voor mij een afspraak gevraagd in een dichtbijgelegen kliniek.
    Ik werd daar voor mijn kanker gehandeld. Met veel steun van mijn huisarts (en homeopath)…
    Sorry dat mijn Nederlands zo slecht is…

  3. Veralita zegt:

    Ik ben vrouw, een prille vijftiger en prijs me gelukkig met een relatief goede gezondheid. Als ik me vergelijk met mijn leeftijdsgenoten heb ik meer energie en minder last van allerlei kwalen.
    Aan je constitutie kan je niets doen (genetisch bepaald), aan je conditie wel! Dit is het goede nieuws. En het is nooit te laat om een gezonder te leven te starten!

    Ik ben reeds met gezonde voeding, macrobiotiek en shiatsu bezig sinds mijn 20-21 jaar. Ik volgde cursussen oosterse geneeskunde en kooklessen, lees nog steeds veel over die topics. Toen vegetarisch en bio eten nog niet zo in de belangstelling stonden, vonden de meeste mensen dat ik belachelijk bezig was, dat bio eten toch maar bedrog was. Nu zijn diezelfde mensen verwonderd en zelfs jaloers dat ik me beter voel en er jonger uitzie dan zijzelf. Dankzij een leven lang investeren in mijn gezondheid, pluk ik nu nog altijd de vruchten.
    Sinds 30 jaar eet ik alleen maar biovoeding (tenzij het niet anders kan, bv. op reis, bezoek), nooit vlees en junkfood (zoals cola, artificiële kleurtjessnoep, …), geen blik en diepvries voeding. Ik sport niet, maar doe wel dagelijks fysieke (soms heel zware) inspanningen zoals te voet gaan, fietsen, in de tuin werken, klussen in huis, … Ik deed vroeger ballet, nu yoga. Ik heb 8-9 uur slaap per nacht nodig om me goed te voelen.
    Ik ken heel goed mijn zwakke plekken en hou daar bewust rekening mee.
    Als ik bv. teveel chocolade heb gegeten (en dit zichtbaar wordt aan het wit van mijn ogen, mijn levermeridiaan gespannen is) ga ik de volgende dag minder vet eten om het evenwicht te herstellen.

    Ik ga niet snel naar de dokter. De langste periode dat ik geen dokter nodig had, was 4 jaar. Dat wil niet zeggen dat ik ondertussen niet eens ziek was, maar ik genas zonder dokter. Als ik een probleem heb, probeer ik te achterhalen wat ik heb, wat de oorzaak is en hoe dit opgelost kan worden. Ik geef mezelf enkele dagen om het probleem zichzelf te laten oplossen. Lukt dit niet, dan neem ik homeopathie of gebruik ik middeltjes uit de natuurlijke huisapotheek (bv. gemberomslagen bij bronchitis, gorgelen met saliethee bij keelpijn). Eventueel ga ik bij een shiatsu masseur. Word ik nog niet beter, dan pas consulteer ik mijn huisarts, die gelukkig niet negatief staat tov complementaire geneeswijzen. Zou mijn huisarts niet open staan voor andere disciplines, dan zou ik veranderen van dokter.
    Je moet je lichaam de kans geven zelf het evenwicht te herstellen. Na elk klein succes, krijg je meer vertrouwen om een volgende keer opnieuw proberen te genezen zonder dokter.

    Westerse geneeskunde vind ik bijna alleen maar goed voor de behandeling van trauma’s. Voor dergelijke problemen boekt ze zelfs fantastische resultaten. Voor kleine en grote chronische en fundamentele gezondheidsproblemen werkt ze bijna louter en alleen symptomatisch. Ook worden patiënten niet of onvoldoende geresponsabiliseerd. Ik hou er niet van om een behandeling “te ondergaan”, om patiënt te zijn. Ik wil meedenken en zelf inspanningen doen om beter te worden. Want als ik ziek ben, is het dikwijls (ook) mijn eigen schuld . De weinige specialisten die ik in mijn leven consulteerde, vond ik betuttelend. Verantwoordelijkheid willen nemen voor je gezondheid, vragen naar oorzaken, wat je er zelf kon aan doen, … werden niet geapprecieerd.

    Slechts één voorbeeld van een ernstig probleem dat ik op natuurlijke wijze overwon.
    8-9 jaar geleden had ik last van een te snelle schildklier. Na doorverwijzing van de huisarts naar een specialist, heb ik een klassieke, Westerse behandeling geweigerd. Deze is louter gebaseerd op symptoonbestrijding, nl. het onderdrukken van de schildklierwerking met allerlei medicijnen, meestal voor de rest van je leven. Duur voor jezelf en de belastingbetaler. En dan spreek ik nog niet over de bijwerkingen. Aan de kern van het probleem, nl. dat je je immuniteit moet versterken, wordt geen aandacht besteed.
    Ook al werd ik angst aangejaagd door de specialist, toch ben ik mijn eigen weg gegaan. Ik heb me geïnformeerd in boeken Westerse en Oosterse geneeskunde, heb uren op internet gezeten. Uiteindelijk heb ik een klassiek geschoold natuurarts gevonden. Door middel van voedingsaanpassingen (meer yin eten), acupunctuur, fythotherapie, supplementen en etherische oliën ben ik genezen. Ook essentieel waren shiatsumassages. Hoewel de specialist zei dat enkel klassieke geneeskunde schildklierproblemen kon behandelen, heb ik bewezen dat het ook anders kan. Sindsdien heb ik geen last meer gehad en voel me weer prima. Die consultaties, niet-terugbetaalde medicijnen en shiatsu behandelingen gedurende een jaar, kostten me ongeveer 30.000 frank uit eigen zak. Maar het was elke frank waard. Had ik gekozen voor een Westerse behandeling, dan had ik en de mutualiteit een leven lang kosten gehad. Was ik ook in de passieve slachtofferrol beland.

    Iedereen kan leren over gezondheid in het algemeen en over zijn eigen gezondheid in het bezonder. Volg cursussen, kooklessen, lees en probeer geleidelijk aan deze kennis te integreren in je leven.

    Ik ben me er heel goed van bewust dat je je gezondheid niet volledig kan sturen. Erfelijke ziekten, familiale problemen, stress op het werk, een ongeval, ouderdom, … daar heb je weinig of geen vat op. Van de ene op de andere dag kan je van een gezond persoon een patiënt worden.
    Maar iedereen kan zelf zijn eigen gezondheid promoten en minder afhankelijk worden van dokters en medicijnen!

  4. Greet zegt:

    Ik ben 64 jaar, en toen vorig jaar mijn knie het begaf had ik geen verdere keus dan operatief “een nieuwe te laten steken”. Ik wou dat ook niet te lang uitstellen daar ik de enige chauffeur ben hier thuis. Ik geraakte ook niet meer tot het einde van de straat.
    Wat ik zeker niet meer zou doen is het aan Jan en Piet op voorhand vertellen, want die praten jou de onzekerheid en onrust in. De dokter waar jij juist de ingreep laat doen heeft al veel misbaksels, het ziekenhuis is maar zo en zo en een vlug herstel kun je maar best op je buik schrijven.
    Ik ben er goed vanaf gekomen na al dat commentaar. Weliswaar niet in één keer (want ik ben voor een kleine ingreep terug moeten gaan). Ik doe nu ongeveer terug alles wat ik vroeger deed. Ik heb me hier wel hulpeloos gevoeld tijdens de revalidatie want ik kon noodgedwongen niet met de auto rijden en moest hulp vragen aan derden en dat is moeilijk als je zelf gewoonklijk heel mobiel bent. Veel hulp heb ik gekregen van mijn echtgenoot, buren, en vrienden. Zelf heb ik getracht van mij positief in te stellen wat het herstel zeker ten goede kwam. En verder moet je ook de tijd willen nemen om te herstellen.
    Ik heb wel een minder goede ervaring met de ziekenhuisopname. Ik werd daar ’s morgens om 8 uur verwacht, en ik heb daar tot 18 uur ‘avonds in de gang zitten wachten tot ik een bed en een kamer kreeg. De gesprekken met de anesthesist, de bloedonderzoeken, en anamnese en dergelijke verliepen daar allemaal in de gang.
    En dat allemaal omdat de vorige patient die de kamer bezette niet werd opgehaald.
    Ik heb dan ook die dag alle bezoekers voor de andere kamers bij mij op interview gehad. Ik vond dat ik geen privé had.
    De verzorging en vriendelijkheid was optimaal, weliswaar met veel te weinig personeel.En lig daar maar eens te wachten op verzorging met een epidurale verdoving die 4 dagen duurt en waar je totaal afhankelijk bent van iedereen. Ondertussen hoor je niets anders dan gekwebbel en getater van personeel in de gang.
    Voor de duidelijkheid, dit kwam niet van het verzorgend personeel (wel van de schoonmaakploeg). Maar toch, psychologisch niet aan te praten voor iemand die daar hulpeloos ligt. Verder is mijn ervaring dat je zo weinig mogelijk vraagt, want je voelt de druk dat je op het personeel zet.
    En als laatste punt wou ik het ook nog even over de ziekenhuisverzekering hebben. Je
    hebt altijd voor een optimale verzorging betaald, en dan ben je op pensioen…… en dan kun je die dure verzekering niet meer ophoesten. Ook wij zijn moeten overgaan naar een goedkoper systeem. En dat knaagt, want jij hebt er vroeger altijd voor betaald en nu je het zelf nodig hebt………..

  5. brecht zegt:

    Ook ik kan wel wat vertellen over mijn ervaringen als patient. Heel wat zelfs. Ik werd na een zwaar motorongeval opgenomen in een revalidatiecentrum. Diagnose: hersenletsel. Neurologie is een heel moeilijk/onbekend vakgebied en geen exacte wetenschap. Drie weken had ik nodig om weer bij positieven te komen. Maar het systeem had daar meer tijd voor nodig. Pas na een volledig jaar kon ik mijn job weer aanvatten. Ondertussen veel te veel maanden van vermoeiende gesprekken genre : maar ik voel me prima, mag ik terug aan de slag? Antwoord : maar mijnheer, het is eigen aan uw letsel om geen inzicht te hebben in je eigen ziektebeeld. Dat is een catch22 die ik zelfs mijn ergste vijanden niet toewens. Nu – bijna twee jaar na de feiten – ben ik weer fulltime aan de slag en niks van de vreselijke rampscenario’s, waar men mij in revalidatie op voorbereidde, is uitgekomen. Niks blijvend hoofdletsel. Gelukkig zat men er flink naast en zat ik als perfect gezonde kerel tussen echt zwaar toegetakelde patienten. De gemiddelde leeftijd was het dubbele dan die van mij. Mijn jonge leeftijd was net mijn redding, hoor je dan achteraf. Flauw excuus.

    Ik vind mijn zaak een mooi voorbeeld van miscasting en de berustende houding van een sector die toch aan het langste eind trekt. Zolang wij -patienten- ook ‘trekken’ kan er toch geen probleem zijn? Ik ben maw een beetje naar ‘rechts’ opgeschoven, al was dat nog niet in mijn stemgedrag te merken. Men zou dat al te graag aan mijn ziektebeeld linken 🙂 En terecht

  6. Anoniem zegt:

    Beste Edgard,

    Een reactie op je blog formuleren is niet vanzelfsprekend, het is moeilijk te beschrijven wat het allemaal met zich meebrengt, ziek zijn. Ja, ik ben een patiënte. Een patiënte voor het leven, niet van het leven, zoals ik las in de reactie van Dhr. Schudel. Ik ben 29 jaar, gehuwd en heb geen kinderen. Ik woon in de Brusselse rand, werk als bediende en werd eind vorig jaar (2009) meegedeeld dat ik de ziekte van Crohn heb. Ik was al enkele jaren ziek, en volgens Van Dale ben ik nu dus ongeveer een jaar patiënte. Laat ik hier voor alle duidelijkheid aan toevoegen dat ik een rijkelijk gevuld sociaal leven heb en dat ik, buiten de dagen die ik in behandeling ben, geen ziekteverlof opneem, omdat ik dat (voorlopig) niet nodig acht. Je vraagt wat er gebeurt als je van persoon een patiënt wordt? (Een beetje een rare formulering misschien, want is de patiënt dan geen persoon?) Wel, in mijn geval: opluchting. Opluchting dat de pijn een oorzaak heeft, dat het kind een naam heeft, as you wish.

    Mijn relatie met de medische wereld is er een van haat en liefde. Ik heb verscheidene jaren in het buitenland gewoond, waar enorm bespaard wordt op eventuele “nutteloze” onderzoeken, en waar steevast antidepressiva worden voorgeschreven voor een boel algemene klachten. Terug in België kon mijn huisdokter geen verklaring vinden voor mijn symptomen, maar de dokter van de medische dienst op het werk, die had het helemaal juist. Ik ben die man enorm dankbaar, zonder daarmee mijn huisdokter te veroordelen. Naar mijn huisdokter stap ik niet met klachten gerelateerd aan deze ziekte, daar kan ik bij mijn specialiste voor terecht. En ik sluit me aan bij Dhr. Massart: er is geen sprake van betutteling, gelukkig maar. Zelf medicatie toevoegen aan mijn voorgeschreven behandeling doe ik niet, daarvoor heb ik te weinig medische kennis, maar af en toe vraag ik de apothekeres om raad. Ik surf op het Internet, vooral om de werking van de medicatie en het verloop van de ziekte te begrijpen. Ik weet wel dat het opletten is, want de rampscenario’s die je daar leest zijn niet min, en meestal niet van toepassing.

    Ik ben er van overtuigd dat je mentale gezondheid je fysieke gezondheid kan sturen. Ik kan het moeilijk vatten dat ik chronisch ziek ben. Bepalen in welke mate deze ziekte mijn leven domineert, doe ik voorlopig in grote mate zelf, met steeds in het achterhoofd de kennis dat daden consequenties hebben.

    • Edgard Eeckman zegt:

      Hallo
      Het is al een tijdje geleden dat je een boodschap op mijn blog hebt geplaatst waarvoor uiteraard veel dank. Ik kan nog steeds reacties gebruiken aangezien mijn onderzoek nog loopt tot begin 2012.
      Een vraag nog aan jou: kan je je relatie met je huisarts wat meer in detail beschijven? Beschouw je hem als een vertrouwenspersoon? Welke rol speelt de huisarts in een zoektocht naar gezondheid? Strook het beeld dat je hebt van een huisarts met het beeld dat van dokters wordt getoond op televisie (ik denk aan ER en zo)?
      En andere bedenkingen bij de specifieke rol die de huisarts vervult en bij de communicatie tussen huisarts en patîënt zijn uiteraard ook welkom.
      Hartelijk
      edgard

  7. Ray Massart zegt:

    Het begrip “leeftijd” wordt “ouderdom” eenmaal je op je 72ste een hartinfarct gehad hebt. Je hebt leren leven met ongemakken als artrose en een familiale tremor en die aandoeningen hebben weinig invloed gehad op je eerder opgewekte aard. In je omgeving zijn er voorwaar velen die je als een “positivo” bestempelen. Je hebt tenslotte als kind de Londense Blitz overleefd en tweemaal een longaandoening op je 10de en 19de. Sinds je 20ste echter heb je, uitgezonderd voor een griepje, zelden een bezoek aan de de dokter gebracht. En nu dit. Op een bepaalde zondag, voel je dat er iets ernstig aan de hand is en een paar uurtjes later lig je op Spoed. Nu loop je rond met een stent en het besef dat er nog enkele adertjes in bedenkelijke toestand zijn ,bevordert geenszins je ingesteldheid. Je houding tegenover leven en dood die je tot op vandaag eerder als een abstractie beleefd hebt, iets dat plaatsvond op de bladzijden van de boeken die je las of op een TV scherm dat je eerder afstandelijk bekeek, wordt een harde, niet te omzeilen realiteit. Alles, maar dan ook werkelijk alles, verandert. Je kijkt anders naar je omgeving en bent verbaasd over de reacties van een aantal vrienden en kennissen. Niet dat je behoefte hebt aan bemoederende woorden of daden maar een teken van gemeende empathie zou af en toe wel welkom zijn. Die toenemende onverschilligheid, toch. Het besef dat je alleen bent en niet teveel op anderen moet rekenen kende je al langer maar de vrees dat je steeds meer afhankelijk van anderen zou kunnen worden is werkelijk beangstigend. Je begint ook te beseffen dat je als mens een denkend wezen bent waarvan de gedachten maar heel weinig te maken hebben met al die chemische toestanden in die pompende machine die je lichaam heet. Ja, ja, je kan je gezondheid tot op zekere hoogte zelf bepalen maar uiteindelijk is het je lichaam dat zijn uiteindelijke bestemming kiest. Praten met anderen die door een ziekte getroffen zijn helpt. Met artsen doe je dat minder omdat de gesprekken zich vooral beperken tot de medische aspecten van het ziek zijn. Het is nu ook niet zo , zoals uit het vorige zou kunnen blijken, dat je als patiënt met een ernstige aandoening, er constant depressief bijloopt maar het besef dat het nooit meer zal worden zoals voorheen en dat er potentieel nieuwe verwikkelingen op ieder ogenblik zouden kunnen ontstaan, zijn gedachten die je steeds zullen vergezellen op je verdere tocht

    • Dank voor de reactie, Ray. Drie specifieke vragen daarbij. 1. Is in het algemeen je visie over geneeskunde en artsen veranderd in vergelijking met vóór je hartinfarct? 2. Ben je je gaan informeren over je gezondheidsprobleem en indien ja, hoe/waar?/Is je interesse in gezondheidsinformatie veranderd? 3. Is je houding tegenover je huisarts veranderd in vergelijking met vóór je hartinfarct?/Kan je je relatie met de huisarts beschrijven?
      Alvast dank. Edgard

      • Ray Massart zegt:

        1. Ik heb nog steeds , niettegenstaande een recente negatieve ervaring ( zie verder), een positief beeld van de geneeskunde in ons land. De vlugge en deskundige reacties van het medisch personeel na mijn infarct hebben dit beeld zelfs nog versterkt. Opvang in het ziekenhuis was eveneens prima. Omgang met specialisten valt erg mee vooral omdat de meesten geen betuttelende houding (meer) aannemen en luisteren naar hun patiënt.
        2. Ik informeer mij in eerste instantie bij mijn cardiologe. Zoek informatie op het net. Ik tracht ook in contact te treden met patiënten die zich in een gelijkaardig geval bevinden om ervaringen en tips i.v.m. revalidatie uit te wisselen. Volg zelf revalidatieprogramma bij kinesist.
        3. Ik heb steeds een goede relatie met mijn huisarts gehad gedurende een tiental jaren. Wel vond ik dat hij weinig initiatieven nam om bijvoorbeeld jaarlijks een bloedanalyse te laten uitvoeren of om prostaat en hart te (laten) controleren. De voorstellen tot onderzoek moesten steeds van mij komen en buiten het occasioneel meten van de bloeddruk gebeurde er weinig of niets. Ik heb mijn arts ook bezocht na de eerste tekenen van een infarct die hij omschreef als een mogelijke indigestie zonder zelfs maar zijn stethoscoop te voorschijn te halen . Zelfs toen ik een bijna fatale aanval had op een zaterdag en hij niet thuis was maar ik hem toch telefonisch kon bereiken, stelde hij wat te rusten met de belofte de daarop volgende maandag langs te komen ( hij stelde niet eens voor de arts van wacht te contacteren). Op zondag ben ik op eigen initiatief naar Spoed gereden waar er bij hoogdringendheid ingegrepen werd. Vanzelfsprekend ben ik hierna van huisarts veranderd en heeft mijn vertrouwen in hun echte betrokkenheid en competentie wel een ernstige deuk gekregen

Geef een reactie op Veralita Reactie annuleren